Basílica Nuestra Señora de la Candelaria

Aan het einde van de 14e eeuw, ongeveer honderd jaar vóór de verovering van Tenerife, verscheen er een gotisch beeld van de maagd Virgen de Candelaria voor de kust van de Güímarvallei. De Guanchen vereerden dit beeld onder de naam Chaxiraxi. Vanaf 1526 werd het beeld bewaard in het heiligdom dat werd gebouwd in opdracht van de tweede gouverneur Pedro Fernández de Lugo. Dit enigszins primitieve beeldhouwwerk verdween als gevolg van de overstroming in 1826. Het huidige beeld is het werk van de lokale kunstenaar Fernando Estévez die het beeld in 1827 maakte.
De basiliek is het werk van architect Enrique Marrero Regalado en werd in 1959 gebouwd op initiatief van de bisschop van Tenerife, Domingo Pérez Cáceres, die in Güímar geboren werd. Het gebouw in regionalistische stijl bestaat uit drie beuken en heeft een dak in mudejarstijl en een koepel van 25 meter hoog, als een kroon op het dwarsschip. De centrale toren is 45 meter hoog en heeft een Canarisch balkon. In de grote kapel staat een beeld van de Virgen de Candelaria, die in 1599 door paus Clement VIII uitgeroepen werd tot beschermheilige van de Canarische Eilanden, wat door Pius IX in 1867 werd bevestigd. Ook hangen er muurschilderingen van José Aguiar en schilderijen van Martín González. Andere werken zijn: Cristo de la Reconciliación, een barokmonstrans die in de 18e eeuw op de Canarische Eilanden is gemaakt, en een doopvont met een grote historische waarde uit de 16e eeuw. Hoewel het liturgische feest van Nuestra Señora de la Candelaria op 2 februari plaatsvindt, wordt haar verschijning op 15 augustus gevierd. Pelgrims uit het hele eiland komen hier naartoe. Voor de basiliek bevindt zich de Fontein van de Pelgrims. Naast de basiliek staat het Dominicaanse klooster dat in 1803 werd gebouwd nadat het vroegere klooster in de as werd gelegd. Het klooster wordt geleid door de Dominicanen die sinds 1530 als priesters in Nuestra Señora de la Candelaria optreden. Voorbij het klooster ligt de grot van Achbinico, ook wel San Blas wordt genoemd, waar de Guanchen het beeld van de Maagd hebben geplaatst. De grot heeft een grote archeologische waarde. Naast de Plaza de la Patrona de Canarias staan de enorme bronzen beelden van de negen 'Guanche-menceyes' (koningen), gemaakt door de lokale beeldhouwer José Abad.